Na de pabo trok Maaike (30) naar Nieuw-Zeeland. Een avontuur aan de andere kant van de wereld leverde haar een relatie en een baan in Nederlands onderwijs te Auckland op. Eenmaal terug in Nederland stond flexibiliteit in haar werk hoog op het verlanglijstje van Maaike. Niet alleen wilde ze regelmatig naar Zwitserland om haar vriend te bezoeken, de docente had ook de ambitie om veel verschillende scholen van binnen bekijken en zo ervaring op te doen. De oplossing? Aan de slag als invaller via A’DAM Onderwijs.
Maaike, waarom is werken als invaller zo’n goede oplossing?
Toen ik terugkwam uit Nieuw-Zeeland wilde ik uiteraard weer voor de klas staan. Ik kreeg de optie aangeboden om zeven uur in de week te werken op een Montessorischool in Amsterdam-West. Dat beviel me uitstekend. Een leuke school en een fijne klas. Maar inderdaad, ik wilde de vrijheid om mijn vriend in Zwitserland te bezoeken wanneer de tickets betaalbaar waren. En dat is bijna niet te plannen. Op de school waar ik werkte, wezen ze me op A’DAM Onderwijs. Zij bieden de mogelijkheid om als invaller te werken en ook je eigen agenda te bepalen. Dus wanneer je vrij wilt zijn, ben je gewoon niet beschikbaar voor invalopdrachten. Ik heb toen direct meerdere leuke klussen gedaan en veel scholen kunnen bekijken.”
Wat vind je zo leuk aan het voor de klas staan?
Het feit dat je het kind centraal stelt. Als je ze voldoende water geeft, mag je ze zien bloeien. Dat is prachtig. Zeker in het Montessorionderwijs. Door de indeling van de klassen ben je hier als kind altijd een keer de jongste, de middelste en de oudste. Dat zorgt ervoor dat je een heel natuurlijke rolverdeling in de klas krijgt. En kinderen krijgen meer verantwoordelijkheid. Ik vind dat een goede basis voor het leven. Maar veel van het plezier van een leerkracht hangt ook af van het type school. Ik heb wel een school nodig met een directie die achter haar docenten staat. Een directie die snapt wat een leerkracht nodig heeft. Dat is niet overal zo. Maar doordat ik zoveel verschillende scholen heb mogen ervaren, ben ik ook flexibel geworden. Je leert automatisch met verschillende omstandigheden om te gaan. Sommige scholen hebben veel nationaliteiten in de klas. Andere scholen hebben kinderen met heel veeleisende ouders. Dat is niet iets wat puur voor Amsterdam geldt, denk ik. Maar door al die ervaringen op te doen, leer je daar heel veel van.”
Over Amsterdam gesproken, wat vind je van jouw stad?
“Ik ben een echte Amsterdamse. En ik moet zeggen dat ik de stad zie veranderen. Misschien ben ik wat nostalgisch ingesteld, maar ik neig meer naar het oude Amsterdam. Het Amsterdam van vroeger met het Watergraafsmeer zonder de juppen, maar juist met de gezellige mengelmoes van mensen en dieren. Of de Albert Cuyp met al haar leuke en lokale spullen. Dat is nu anders. Maar Amsterdam blijft de stad waar alles binnen handbereik is. Nu worden voor mij andere dingen in deze stad belangrijker. Met mijn museumjaarkaart is cultuur altijd dichtbij want overal zijn musea, winkels zijn altijd open, ik kan altijd ergens schaatsen. Het gemak van Amsterdam is ongeëvenaard. En ik kan er dus ook uitstekend werken als lerares.”
Even terug naar het onderwijs. Hoe is het gesteld met het Amsterdamse onderwijs?
“Het is heel divers. Niet alleen qua kinderen, maar ook hoe een school gerund wordt. Ik zie veel scholen die er echt voor willen gaan. Waar het enthousiasme aanwezig is om kinderen echt een mooie en veilige omgeving te bieden. Scholen die ook oog hebben voor het bieden van voldoende ondersteuning voor de leerkrachten. Bijvoorbeeld door extra handjes in de klas te regelen. Heel waardevol wanneer scholen dat snappen. Maar uiteindelijk is het puur persoonlijk of een school wel of niet bij je past. En dat vind ik het waardevolle van A’DAM Onderwijs. Als leerkracht kan je heel eenvoudig in korte tijd veel verschillende scholen ervaren en goed ontdekken wat bij je past. En wat niet. Je kan op deze manier snoepen van alle taarten”
Is A’DAM Onderwijs dan goed voor elke docent?
“Ja, dat denk ik wel. Als je open minded bent en er positief instaat, is dit sowieso een hele laagdrempelige manier om ervaring op te doen. Maar ook als je al 50 jaar In het onderwijs zit, ga het gewoon eens een half jaar proberen. Ik denk echt dat het heel goed om je blik te verruimen. Sterker nog, misschien zou elke leerkracht dit eens in de tien jaar moeten doen. Gewoon een tijdje op verschillende scholen rondkijken. En zien hoe er bij de buren omgegaan wordt met bepaalde situaties, of hun methodes bij je passen en hoe klassen met verschillende culturen met elkaar omgaan. Daar kan je toch niet slechter van worden?”
Terug naar het overzicht